Al van zijn zestiende is hij natuurgids – de jongste van het land – en daarna werd hij ook nog bioloog, natuurfotograaf en scenarist. Maar als er één woord is dat Frank Resseler nog beter omschrijft, dan is het wel: natuurherontdekker.
Al van zijn zestiende is hij natuurgids – de jongste van het land – en daarna werd hij ook nog bioloog, natuurfotograaf en scenarist. Maar als er één woord is dat Frank Resseler nog beter omschrijft, dan is het wel: natuurherontdekker.
“Mijn vader was natuurminded, zijn vader ook, en zijn vader ook. Voor zover we weten ben ik de vierde generatie. Waar ik als kind woonde, speelde natuurlijk een belangrijke rol in mijn interesse voor de natuur. Ik raakte er in het begin zo begeesterd door dat ik de speciale dingen die ik buiten ontdekte aan mijn vader wilde tonen. En dat is nog altijd niet gestopt.”
Je bent zowel bioloog, fotograaf als scenarist. Vanwaar die combinatie?
“Als kind had ik een ideaalbeeld van wat een bioloog was: voor mij was dat een beetje de Indiana Jones onder de natuurliefhebbers. Maar tijdens het solliciteren bleek dat totaal niet zo. Gelukkig had ik een vriend die aan de filmschool studeerde waarmee ik babbelde over documentaires maken: hij cameraman, ik bioloog. We maakten een kort filmpje en zo rolde ik erin. Daarna ging ik zelf met de camera de natuur in. De truc voor sterke beelden? Niets speciaal: gewoon in de natuur zitten, zijn. Vaak zo lang op één plek blijven dat je verdwijnt voor de natuur rondom je. Want als je wandelt, ben je constant een indringer: de dieren schrikken of verstoppen zich. Maar als je lang genoeg stilstaat, word je deel van je omgeving. Dat is heel fascinerend en misschien wel het leukste aan mijn beroep.”
Je maakte al veel opnames bij de Maas en in het Nationaal Park Hoge Kempen, wat maakt dit gebied zo uniek?
“De Maas zelf. Een rivier van deze omvang die niet rechtgetrokken is? Zonder scheepvaart? Dat is uniek in West-Europa. We hebben al twee kanalen en dat is de zegen van de meanderende Maas. Je hebt hier koudere stukken, stukken met veel stroming, meer of minder zuurstof, … Er zijn zoveel verschillende microplekjes dat er ook veel soorten kunnen overleven. Een heel mooi systeem dat door de landbouw wel wat werd teruggeschroefd. Ik zal me inhouden om niet te negatief te zijn, maar alle kleinschaligheid van vroeger is weg. Alles is enkel maïs. Vroeger droeg de mens bij aan de dynamiek van de Maas, toen we kleinschalig boerden en bosjes, fruitbomen en hagen plantten. Afwisseling was een meerwaarde voor dieren. Maar door de proporties van vandaag verdwijnt de dynamiek. Spijtig, want hier stonden prachtige soorten die vandaag gewoon verdwenen zijn. Dus ik hoop dat er snel een ommekeer komt. Want onze Belgische natuur is zó mooi.”
Is dat een boodschap die je wil meegeven in je beelden?
“Die boodschap moet er niet dik op liggen, ze moet eruit voortkomen. Voor mij is ze ook heel simpel: herontdek je eigen natuur. Dat is de slogan die ik gebruik.”
En hoe doe je dat?
“Makkelijk! Onze natuur heeft zoveel te bieden én ze is voor iedereen toegankelijk. Neem je kinderen mee, zij hebben nog oog voor wat er te zien is. Geen kinderen? Koop een goedkope verrekijker of ga ergens stilzitten en kijk. Ik zag op die manier al grotere zoogdieren die mij gewoon negeerden. Dus neem je tijd: een wandeling van 100 meter kan 10 minuten duren, maar ook 2 uur. Geloof me, je kan nergens beter opladen dan in de natuur. En hoeveel voltage je daarvan krijgt, hangt af van hoe goed je kan kijken. Dat ietsje meer natuurminded zijn, geeft je energie. En die kiem zit in ieder van ons. Het zijn prikkels die we verliezen als we ouder worden, maar als kind allemaal hebben. Dus: laat je begeesteren.”